BRU-AGSB-Z-n1542F
Algemene gegevens
Analytische datum: 26-06-1781Opmerkingen analytische datum: Het stuk bevat verscheidene data; de datum van de laatste juridische handelinge wordt gebruikt als datering. // Bijkomende dateringen: "van den 17.en april 1781" (17/04/1781); "in de mandt meije 1781" (05/1781); "van den 17 meije Lestledent" (17/05/1781).
Type: Verweer van de abdij van Zonnebeke en de markies van Beselare in hun proces tegen pastoor van Beselare, betreffende de heffing van novale tienden te Beselare
Beschrijving: Verweer van procureur De Vinck, die optreedt in naam van de abdij van Zonnebeke en de markies van Beselare (eisers), in hun proces tegen pastoor Guillielmus Francois van Calberg van Beselare (verweerder): de eisers blijven erbij dat zij op het kanton van de Kruiseik-Hoek te Beselare het recht hebben om de novale tienden te innen, en verwerpen de tegenargumenten van de verweerder.
Tekst
[VOORLOPIG][sij getoont partije actum den 26 junij 1781 onderteeckent G. f. hamelinck]
Contradictien omme den Eerweerdigsten heere prelaet der abdije van Sonnebeke ende d'heer pieter jaco- bus delfortrie Schepenen der Zaele ende Casselrije van jpere als agent ende ontfangere van m'heer francois max- imiliaen anthone marquis de La woesteijne ende van becelaere grooten van Spagnien van d'eerste Classe raedt intime van staet van den Keijser ende Coninck heere van geluwe [etceter]a heesschers bij Commissie van complainte trouble de fait van den 17.en april 1781 ende versoeckers van de provisie van recredentie ter eendere sijde iegens heer ende meester Guillielmus francois van calberg pastor der prochie van becelaere verweerere perturbateur ter andere Voor mijn Edel heere den raetsheer borluut d'hoogh- straete als commissaris gepresi- deert hebbende ter expe- ditie van de rolle in de mandt meije 1781
1. Alle het gonne den verweerere perturba- teur bij sijn geschriefte van advertisse- ent communicatief van den 17 meije Lestledent uijt de canones ende canoniecque rechts schrijvers gepoogt heeft bij te wenden comt alhier te pas gelijck den alleluia opden goeden vrijdagh
2. Want alhier enckel ende tauxatiue- lijck questie ende vertooninge is van de provisie van recredentie wegens s'heesschers complaingantens bij commissie geconstateerde possessie van ter prochie van becelaere op de Cantons ende houc- ken van thiende hun Competerende te Lichten alle de novale thienden van de vruchten der Landen aldaer nieuwe- linckx tot culture gebracht
3. wiens aengaende d'heesschers complaignan- ten sig bepaelen niet alhier ten decisiven voordeele te accepteren t'hunder intentie dat den verweerere perturbateur ten thienden artikel van sijn voorseijde advertisse- ment opentlijck ende rondt uijt toestaet ende bekent, dat sij effective- lijck met de menigvuldighe pre- paratoire attestatien ten processe overliggende bewaerigen hunne bij commissie gopooseerde vreedt- saeme possessie van ter geseijde prochie van becelaere op hunne can- tons de novale thienden te lighten
4. Voor soo veele daer uijt volgen moet dat ingevolge dus de versochte provisie van recredentie hun moet aengewesen worden
5. Sonder dat den verweerere perturbateur hem danof sal Connen ontvinden op het pre- leijt[?] dat de partije landt wanof ques- tie nieuwelinckx tot culture
gebrocht, tot nu toe geen vruchten gedraegen hebbende daer geene posses- sie dies halvens a[?] soude wesen vande thienden der selve genoten te hebben
6. want tot meer als belachelijck is van bij den verweerere perturbateur te jnsinue- ren dat d'heesschers Complaignanten Sauden hebben moeten betoonen dat sij de no- vaele thienden Sauden gelicht hebben tauxativelijck opde individule partie Landts in questie omme danof pro- visie van recredentie te connen versoecken
7. Naedemael het in tegendeel notoir is, dat het t'hunder intentie moet genoegen, dat het uijt de overliggende preparatoire attestatien Claerelijck blijckt dat Sij heesschers complaignanten van alle oude tijden tot ende met de Laste jaerschaere in paissibele possessie sijn van ter prochie van becelaere op hunne respective Cantons ende houcken van thiende te Lichten alle ende de novale thienden der vruchten aldaer eerstmael gewassen
8. Alsmede dat de partie Landts dies questie gelegen is ende deel maeckt vanden Cruijseeckhouck hun heesschers com- plaignanten gemeene Competerende
9[?]. op het fondament van alle welcken verweerpende geheel den voorderen inhauden van S'verweerers perturbateurs
voorzeijt advertissement communicatif in desen niet particulierelijck gerencon- treert bij pure frivolitijde importi- nentie den prelevantie d'heesschers complai- gnanten persisteren te Concluderen tot aenwijsinge van de versochte provi -sie van recredentie ten minsten op seker ende met heesch van costen van den incidenten, onderteeckent E.V. De Vinck d[oud]e pro[cureur]