Niet ingelogd - Inloggen
Bekijk geschiedenis

BRU-AGSB-Z-455*

Algemene gegevens

Analytische datum: 28-03-1656

Opmerkingen analytische datum: Bijkomende dateringen: zie BRU-AGSB-Z-455.

Type: Verklaring dat de abdij van Zonnebeke Pieter Ghijselen filius Joos nog geld schuldig is voor de koop van diens brouwerij

Beschrijving: Abt Hubertus Wicart van Zonnebeke verklaart 100 ponden groten Vlaams schuldig te zijn aan Pieter Ghijselen filius Joos voor de koop van de brouwerij naast de herberg Het Hert, plus bijkomende kosten. [BRU-AGSB-Z-455 is de gecollationeerde kopie van deze tekst; zie daar voor persoonsnamen, plaatsnamen en instellingen]

Opmerking: BRU-AGSB-Z-455 is de gecollationeerde kopie van deze tekst; zie daar voor persoonsnamen, plaatsnamen en instellingen.

Tekst

[VOORLOPIG]

test

Wy damp hubertus wicart abt ende heere van sonnebeke Soo ouer ons, als vutter naeme van onse Abdie kennen by desen wel ende deugdelick schuldich te syne aen Pieter ghijselen filius Joos, ofte de ghonne die syn actie hebben sullen, de somme van hondert ponden grooten vlaemsch, ende dat ter Cause vande coop van de Brauwerie staende van noorden neffens onse herberghe ghenaemt den hert, die wij Jeghens den voornomden pieter ghecocht hebben Te weten de Brauwerie met den Ast, den ketele, cuupe, backen, loosen-boom, ende loosen-buuck de waeghen giet ende vlote met de pittin- ghen ende de goten met de loete ende de vier vorcke die wij tsamen ghecocht hebben voor de voorseyde somme van hondert ponden grooten vlaemsche (bouen een pistole an sijne huijsvrauwe ghereet betaelt) waervp ons paeiment doet de somme van neghen-entwyntich ponden grooten die wij goedt behouden hebben van landspacht, ende huijsheure gheuallen dese halfmaerte xvj.C sessenvichtich, voorts sullen wij hem tellen ghereet de somme van elf ponden grooten vermoghen die te houden ten Jntreste naer aduenante vanden pennijnck xvj.e beloopende Jaerlicx de somme van drie ponden vichthien schellinghen grooten, die sullen beginnen Cours nemen van hedent desen xxviij.en maerte 1656, dies t'eerste Jaer vande Betalynghen vallen sal den xxviij.en maerte 1657, ende alsoo voorts van Jare te Jaere totten vplech vande voornomde tsestich ponden grooten die wij belouen te doene onthier ende drie Jaeren met alsulcke somme tseffens, als ons goedt duncken sal, als wanneer telcker

test

Reijse den Intrest naer portie, ende Rate van tijde vermyn- deren zal ende dit alles vp tverbant, ende Renunchiatie als naer recht Jn teecken der waerheijt hebben wij dese onse obligatie onderteeckent desen 28en maerte 1656 onder stondt hubertus, Abdt ende [grote vlek over rest van de tekst]

Naer Collatie ghedaen Jeghens zijn origineel is dese Copie daermeede beuonden t'Accordeeren mij Toorconde als greffier van zonnebeke desen 14.en Julij 1656.

B. Quinten 1656