Niet ingelogd - Inloggen
Bekijk geschiedenis

BRU-AGSB-Z-275

Algemene gegevens

Opmerkingen analytische datum: De bron is niet gedateerd, maar de tekst bevat wel een datum: "den Jaere lxxxviij", nl. 1588.

Type: Lijst van de artikelen in een proces betreffende grond te Hooglede, die door de abdij van Zonnebeke moeten bewezen worden

Beschrijving: Lijst van de stukken die moeten bewezen worden door de abdij van Zonnebeke, als eiser, in een zaak tegen Willem Spise en anderen als verweerders: 1) de kerk van Zonnebeke bezat 15 gemeten land in de parochie van Hooglede, 'der Muenyc Land', onder de jurisdictie van de abdij van Zonnebeke. De abdij gaf deze grond in erfelijke cijns. In een zaak tussen Rolof Damman en Willem Damman, als eisers m.b.t. dat land door erfopvolging, en Jan vanden Broucke en zijn zuster, werd in vraag gesteld onder wie dat land precies ressorteerde, en wie er de justitie had. Het werd uitgemaakt dat dat land behoorde tot de jurisdictie van de baljuw en schepenen van de abdij van Zonnebeke, en dat het ressorteerde onder de schepenen van de Zaal van Ieper (+ hoe dit artikel zal bewezen worden). 2) Positie van dat land in de parochie van Hooglede (+ hoe dit artikel zal bewezen worden). 3) Door opvolging is die grond in handen van vele verschillende personen gekomen, tot zij in handen kwam van de verweerders. Tot '88 werd de rente steeds betaald, daarna niet meer (+ hoe dit artikel zal bewezen worden). 4) Daarom dienden de eisers klacht in bij de baljuw en schepenen van de abdij van Zonnebeke, die er de jurisdictie hebben. Dezen dagvaardden de betrokken personen; omdat niemand kwam opdagen, verkregen de eisers de uitspraak dat er 'wettelijke contumacie' [ = weerspannigheid tegen de wet, het niet verschijnen in rechte ] in het spel was, en werd het land door wettelijke afwinning weer volledig de eigendom van de eisers; de verweerders konden er geen rechten meer op doen gelden. De verweerders bleven die grond echter gebruiken, ondanks het feit dat ze verscheidene keren gesommeerd werden deze met rust te laten (+ hoe dit artikel bewezen zal worden). 5) Tegen deze onwil vanwege de verweerders trokken de eisers naar het hof, en verkregen brieven inhoudende dat de verweerders de eisers alle opbrengsten van de grond sinds de afwinning moesten teruggeven, en van dat moment af de grond niet meer mochten gebruiken. Omdat de verweerders hiertegen protesteerden, werden zij gedagvaard te verschijnen voor het hof (+ hoe dit artikel bewezen zal worden). 6) Beide partijen verschenen voor het hof, en hielden vast aan hun standpunten (+ hoe dit artikel bewezen zal worden). 7) Deze kwestie betreft grond, gelegen in de parochie van Hooglede, geheten 'der Muenyken Land' (+ hoe dit artikel bewezen zal worden). 8) De eisers zullen bewijzen dat het land tevoren in handen was van de voorgangers van de eisers, als bezit van de kerk, en dat het in erfelijke cijns gegeven werd (+ hoe dit artikel bewezen zal worden). 9) De gebruikers van het land hebben de genoemde cijns steeds betaald, tot onlangs; nu blijven ze in gebreke (+ hoe dit artikel bewezen zal worden) (+ lijst van artikels die niet bewezen hoeven te worden).

Tekst