BRU-AGSB-Z-184
Algemene gegevens
Analytische datum: 16-12-1512Opmerkingen analytische datum: Bijkomende dateringen in de bron: "in eenen jare datmen rekenen zal xvC xiiiie ende dander heilft te paesschen daernaer volghende xvC xve" (1514 en 1515) en "den voorseiden xvien dach van decembre xvC xii" (16/12/1512).
Type: Sententie door de stadhouder-generaal van Vlaanderen in een geschil tussen de abdij van Zonnebeke en de kerkmeesters en parochianen van Beselare betreffende het appoort van Sint-Vincentius in de kerk van Beselare
Beschrijving: Sententie door de stadhouder-generaal van Vlaanderen betreffende een geschil tussen de abdij van Zonnebeke en de kerkmeesters en parochianen van Beselare. De abdij claimde een derde van de inkomsten van het appoort van de kerk van Beselare; de geestelijke hoven van Doornik en Reims steunden haar claim. De twistende partijen kwamen voor de heer van Fiennes, stadhouder-generaal van Vlaanderen, en deze deed - na langdurig informatie ingewonnen te hebben - de volgende uitspraak: de kerkmeesters en inwoners van Beselare zullen de claims van de abdij afkopen via het betalen van een eeuwige jaarlijkse rente; bovendien zullen zij haar de gederfde inkomsten en gerechtskosten terugbetalen. Vertegenwoordigers van de abdij zullen aanwezig mogen zijn bij het afhoren van de rekeningen, wat toch altijd al gebeurde in het openbaar en met open deuren; zij mogen wel niet ingrijpen in de rekeningen. De uitspraak doet geen afbreuk aan het patronaatsrecht van de abdij van Zonnebeke te Beselare, en de inwoners van Beselare zijn dan ook gehouden om jaarlijks op Sint-Vincentiusdag een kaars van 3 ponden was naar de abdij te zenden. Door deze uitspraak worden alle voorgaande uitspraken tenietgedaan. Eventuele verdere conflicten zullen door de stadhouder beslecht worden.
Opmerking: BRU-AGSB-Z-184 is een kopie van BRU-AGSB-Z-183.
Tekst
[VOORLOPIG]Copie
Omme up tghescil wesende tusschen religieusen persoenen den prelaet prioer ende convent van Zunnebeke ter eender ende den heere kerckmeesters ende inwoenende vander prochie van Besselare ter ander zyde roerende ter cause van appoerte commende inde voorseide kercke van Besselare zoo ten troucke als totten buffette anden welcken de voorseide van Zunnebeke zegghen ende bij sententie by hemlieden verworven zoo int gheestelyck hof van Dornicke als toet Ryeme mainteneren trechte terdendeel te hebbene ende hemlieden te behoerne de voorseide partien int vriendelycke te vereenighen ende appointieren comparerende te weten de voorseide prelaet ende prioer in huere persoenen uuter name ende als hem machtich makende voor den voorseide convente ende de voorseide heere met eenighe andere inwoenende ende prochiaenen voor de voorseide van Besselare voor hooghe ende moghende heere mijn heere van Fiennes stadhouder generael van Vlaendere int zegghen van welken de voorseide partien van hueren voorseide ghescille hem gheheelijck ende in al ghesubmitteert ende ghecondescendeert hebben ende naer vele ende diversche communicatien bijden voorseide heeren metten zelven partien ghehadt ende die int langhe ghehoort in al tghene des zij hebben willen segghen ende vertooghen Soo es eyndelyck bij mijn voornomde heere gheseit ende verclaerst dat de selve van Besselare den voorseide prelaet religieusen ende convent van Zunnebeke voor allen hueren rechten ende derde vanden zelve apporte voortan gheven ende betalen zullen in goede duechdelycke ende erffelycke rente, dewelke zij zullen moghen coopen ende den selven van Zunnebeke assigneren bij thien scellinghen groten smaels oft meer eist moghelyck totter somme van vijf ponden thien scellingen groten eeuwelijcke ende erffelycke rente siaers omme die te houden ende besitten tot eeuwighen daghen ende voirts zoo voor den achterstellen vanden voorseiden apporte als vanden costen ghedaen int vervolghen vanden processen ende ghepretendeert bijden voorseiden prelaet ende convent van Zunnebeke hemlieden oick gheven ende betalen zullen de somme van tsestich ponden groten eens tot twee paymenten te weten deen heilft van dien van paesschen eerstcomende in eenen jare datmen rekenen zal xv.C xiiii.e ende dander heilft te paesschen
daernaer volghende xv.C xv.e Ende omme dat mits desen voorseide appoincte mente men nyet en zoude moghen zegghen de voorseide van Zunnebeke gheexcludeert te wesen van te moghen commen oft zenden ter auditie vander rekeninghe diemen vortan doen zal vanden voorseide apporte Soo is oick bij mijn voorseide heere gheseit ende verclaert ghemerct dat de voorseide rekeninghe alle jare ghedaen wert int oppenbaer ende met open duere ende dat aldaer commen mach die wilt de voorseide van Zunnebeke zuller ooc moghen commen oft senden ghelyck andere indient hemlieden goet dinct ende dat doen willen zonder begryp Behouden niet min dat zij de voorseide rekeninghe onder tdexel van dien van hueren voorseide patroenscap oft anderssins niet en zullen moghen teyken noch daeran eenich recht of zegghen pretenderen in eenigher manieren Ende voorts ten eynde dat by dese voorseide appoin temente tvoorseide patroenscap vander voorseide kerke van Besselare tot achterdeele vande voorseide prelaet ende convent van Zunnebeke niet verdonckert gheextirpeert noch gheaboliert en worde, de zelven van Besselare ghehouden werden alle jare up sinte Vincentius dach te bringhen oft zenden den zelven prelaet ende convent in kennisse ende approbatie van dien een keersse van drie ponden was in huere voorseide kerke van Zunnebeke Ende van al dies voorseid es den zelven van Zunnebeke te versekeren zoo up penis camere als anderssins als dat ghenoech zij Ende mits dien alle questien ghescillen ende processen afghedaen ende te nieten bliven ende oock alle sententien appointementen ende munimenten die de voorseide van Zunnebeke onder hem hebben deser materien aengaende den voorseide van Besselare overgheven ende leveren sullen als ghecasseert ter stont ende zoo waneer zij tinhouden van desen voorseide appointemente vulcommen zullen hebben wel verstaende niet myn dat indien hiernaer uyt donckerheyt oft duysternesse van dien sprutede of roerde eenighe ghescil of questie mijn voorseide heere de stadhouder behout daerof aen hem dinterpretacie Ghedaen te Brughe den xvien dach van decembre int jaer duust vijfhondert ende twaelve
Alzoo gheapointiert gheseit ende verclaert bij voornomde heere den stadhouder te Brughe den voorseiden xvien dach van decembre xv.C xii
Sig signatum
My jeghenwoordich J. de Rogierville
Accoort van die van Beselaere met het clooster van Sonnebeke waer inne die van Beselaer […?] ver […?] gieren aen ons clooster te geven 5: 10: 0 s ende een wassen kersse van 3 pont ten daege van Sinte Vincent gedaen den 16den decembre 1512