BRU-AGSB-Z-361

Algemene gegevens

Analytische datum: 17-01-1734

Opmerkingen analytische datum: Bijkomende datering: "te baefmisse xvij.C Drieendertigh" (01/10/1733); "baefmesse 1733" (01/10/1733); "den 5en Xbre 1733" (05/10/1733); "baefmisse xvijC Drieendertigh" (01/10/1733); "Dannis 1720 tot ende met valdagh lichtmesse 1733" (02/02/1733); "dannis 1720 tot ende met valdagh 1733"; "Jaere 1729 tot ende met valdagh lichtmesse 1733" (02/02/1733); "paesschen xvij.C drieendertigh" (05/04/1733).

Type: Rekening tussen Jan Franchoijs Bouten filius Jan en de abdij van Zonnebeke

Beschrijving: Rekening tussen de abdij van Zonnebeke en Jan Franchoijs Bouten filius Jan. De abdij blijkt Bouten nog 92 pond 10 denieren parisis schuldig te zijn.

Tekst

[VOORLOPIG]

Rekenijnghe tusschen dabdije van zonnebeke ter Eendere, ende Jan franchoijs Bouten filius Jan ter andere Jn ponden schelen Deniers parisis soo volcht

Eerst de pretentien vanden selven Bouten

Dito Bouten Comt goet ouer dhelft van sijnen pachters prijs bij hem naegelaeten te baefmisse xvij.C Drieendertigh op Een hofstede groot ontrent achtentwintigh ghemeten twee lijnen geleghen wat suijt vande Kercke van zonnebeke Competerende aen jacobus Carpentier Deen helft ende aen Jan franchoijs Durnez dander helft welcken pachters prijs wort anveert door de voorseyde abdije als ghebruijckers der selve hofstede tsedert de voorseyde baefmesse 1733 ende Een cleen deelken door Guill[iaum]e de smet bedraeghende alle den selven prijs Jnt geheele volghens dacte vande gesworen prijser geerardus Bouten gesloten den 5.en [decem]bre 1733 Ter somme van vijf hondert vijftigh ponden derthien schele parisis wanof dander helft hij Bouten sal afrekenen met den voorseyden Proprietaris De Carpentier (welcken Carpentier daernaer de selve oock sal ouerleveren aen Dabdije) dus hier ouer d'helft der selve prijsie ten proffijtte van dito Jan bouten ende Laste vande abdije Onder protestaetie van Door

[sommen in de kantlijn niet overgenomen]

Dabdije tontfanghen van guill[iaum]e desmet soo vele hij daertot heeft anveert) ter somme van 275: 6: 6

Somme vande pretentien Bouten par Soij 275 lb: 6 s: 6 d parisis

Betaelijnghen ofte Contrepretentien der voorseijde abdije dat alhier doet te valideren

Alvooren ouer d'helft van het Leste Jaerpaecht der voorseyde hofstede verschenen baefmisse xvij.C Drieendertigh dat dito Bouten schuldigh is aenden proprietaris Jan Frans[ois] Durnez bedraeghende Een hondert twaelf ponden parisis welcke Dabdije aen dito Durnez hebben goetgedaen ende mitsdien alhier Jn proffijte van dabdije uutgetr[ocken?] de voorseyde 112: 0: 0

Jtem is hij bouten Debet ouer de verachterde

rapport 112: 0: 0

heerelicke renten Dannis 1720 tot ende met valdagh lichtmesse 1733 eerst tot 3: 1: 87 roeden Lants onder de heerelichede[?] eertijts weirelicken heere Jnden oosthouck articulis 478 tot ende met 480 ende articulo 535 al hem Competerende bedraeghen volghens het wttreck oofth[...?]e naer folio 48 9.16.2

Jtem debet ouer ghelijcke achterstellen van heerelicke renten dannis 1720 tot ende met valdagh 1733 tot 17: 0: 76 roeden Lants hem bouten Competerende jnden vuijthouck onder d'heeren eertijts geseijt geestelicken heere van zonnebeke geldende tsamen 15 s: 1 1/2 d parisis S'Jaers penninghe rente soo breeder bestaet[?] ende alles bij eengevoucht te rentenb[...?]e folio 29 verso: bedraeghende tsamen 10: 11: 9

Jtem debet ouer Dheerelicke renten vande Jaere 1729 tot ende met valdagh lichtmesse 1733 tot 16: 2: 23 roeden Lants hem bouten Competerende geleghen onder dheerelichede geestelicken heere westhouck te boucke foliis 106:108 et verso ende folio 116 et verso bedraeghende vo[...?] het wttreck westhoucke geestelicken heere folio 20 verso 46: 13: 9

Jtem is debet ouer veerthien Jaeren leendienst tot ende met paesschen xvij.C drieendertigh tot sijn leen groot 3: 0: 56 roeden wesende het sevenste leen onder het heirelicke leenhof Jaerlicx geldende van leendienst een silveren offerpennijnck Comt vande [...?]14 Jaeren a 3 stuuers s'Jaers 4: 4: 0

Dico = 183: 58=183=5: 8

Somme tsamen Dat de

[sommen in de kantlijn niet overgenomen]

Voorschreven Contrepretentien vande abdije bedraeght Een hondert drieentachtentigh Ponden vijf schele acht deniers parisis Ende De Pretentien Bouten hiervooren bedraeghende twee hondert vijfentseventigh ponden ses schele ses Deniers parisis Dus blijckt Dat dabdije aen dito bouten Debet blijft ter somme van twee:entnegentigh Ponden thien deniers parisis dus de selve 92 lb: 0 s: 10 d parisis

Welcke somme van twee: entnegentigh ponden thien deniers parisis Den selven bouten hedent bekent ontfanghen te hebben Jn Contanten gelde vande Eerweerden heer abt ende Heere van tselve zonnebeke Jn voldoenijnghe van het voorschreven Slot, aldus gheliquideert ende voldaen tot sonnebeke Desen 17.en Januarij 1734 Toorconde Patricius holvoet abt ende heere van zonnebeke J. Bouten